In deze minireeks volgen we de leerlingen van het VTI in Veurne. We zien hoe ze een oldtimer busje bouwen uit hout en metaal. In de vorige aflevering zagen we hoe de leerlingen verder gingen met de neus van het busje en hoe ze de spatborden met fineer bekleedden. Ook werd het onderstel van het busje voorzien van metalen steunen voor een opstap aan de spatborden. In deze aflevering gaan de leerlingen verder. Ze maken het stuur en zullen de koplampen vorm geven. De jongeren werken ook aan het interieur van het busje. De houder voor de snelheidsmeter wordt uit wengé hout gemaakt. De leerlingen zullen op twee verschillende manieren te werk gaan. Als eerste wordt op deze blok een cirkel aftekent. De houder zal de grootte hebben van deze cirkel. De leerling zaagt dan met een lintzaag de grootste stukken hout weg. Zo bekomen we een blok hout in de vorm van een 8-hoek. Om de acht hoeken weg te werken zal leerling Runne met een schijfschuurmachine werken. Maar eerst maakt hij een hulpstuk. Door het werkstuk in het midden vast te maken met een schroef op een houten basis blijft het mooi op zijn plaats zitten en kan Runne het tegen de schijfschuurmachine laten draaien. Ondertussen wordt het tweede blok op de conventionele draaibank bevestigd. Omdat het hier om kopshout gaat, is het van groot belang dat het snijgereedschap scherp is. De kopse kant van hout heeft namelijk afwijkende eigenschappen ten opzichte van het langshout. Over het algemeen is kopshout harder. De leerling werkt de randen manueel weg met een draaibeitel. Om de houder van de snelheidsmeter sierlijker en visueel lichter te maken, wordt de bovenfreesmachine er bij gehaald. Het werkstuk is goed vast geklemd op de tafel met een lijmklem. Met een afrondprofielfrees, ook wel een papegaaibek genoemd, gaat de leerling de randen af, met een elegante afwerking als resultaat. Nu nog bepalen waar de houder in het dashboardonderdeel zal komen. Dit moet uitgewerkt worden zodat het ronde wengé hout er goed in komt te liggen. De cirkel wordt in het midden geplaatst en aftekenen maar! Nu werkt de leerling met de bovenfreesmachine de cirkel uit. Zo! Dat past perfect! Tijd om het stuur te maken. Hier gebruiken de leerlingen opnieuw wengé hout voor. Het wengé hout is een harde houtsoort waardoor het niet te plooien valt. Daarom zullen de leerlingen het stuur maken door stukken hout aan elkaar vast te lijmen. Ze maken hiervoor gebruik van de tafelzaagmachine om het hout in gelijke stukken te zagen. De stukken worden op de schaaftafel verder bijgewerkt. Daarna gaan ze door de vandiktebank om de vlakken zuiver te zetten. De leerlingen willen een 8-hoek bekomen, die de basis van het stuur vormt. Met een kaliber onder een hoek van 15° plaatst deze leerling het hout op de tafelzaagmachine om 8 gelijke stukken in verstek te zagen. De onderdelen van het stuur moeten nu aan elkaar bevestigd worden. Hiervoor worden de delen op een plaat gelegd. Om een mal te vormen bevestigt de leerling met schroeven houten blokken op de plaat rond de stukken wengé hout. De stukken hout worden verlijmd met Polyurethaan lijm. Om te voorkomen dat het stuur ook aan de OSB-plaat blijft plakken, plaatst de leerling nog wat vellen papier. Nu de lijm is aangebracht en het hout op zijn plaats ligt, kan het werkstuk worden opgespied. Zo wordt het stuur vastgeklemd tot de lijm is gedroogd. Nu de houten blokken een geheel vormen, gaat het werkstuk door de breedbandschuurmachine. Op die manier krijgt het volledige stuk dezelfde dikte. Daarna bepalen de leerlingen met een stuk hout het middelpunt en maken ze een geleider voor de bovenfreesmachine. Een van de leerlingen maakt een uitsparing in het stuur waar later metaal in zal komen. Dankzij de geleider blijft de frees telkens op dezelfde afstand van het middelpunt. Eerst wordt een fijne aanzet gemaakt, en daarna wordt de uitsparing verder uitgewerkt. Met een lintzaag haalt de leerling de grootste stukken hout nog weg. De randen worden daarna rond geschuurd met de bandschuurmachine. Om ook de binnenzijde van het stuur rond te krijgen, wordt deze bijgewerkt met een decoupeerzaag. Met de oscillerende schuurmachine wordt tot slot nog de binnenkant van het stuur glad gemaakt. De koplampen worden uit beukhout gemaakt. Deze houtsoort kan gemakkelijk op de draaibank worden bewerkt. De leerlingen starten van een blok hout die ze op de draaibank bevestigen. Met een draaibeitel maakt de leerling de buitenzijde van de koplamp rond. Om het werkstuk ook langs de binnenkant te kunnen bewerken met de draaibank wordt het stuk geklemd in een klauwplaat. Het eerste gat wordt op de draaibank geboord met een houtboor. Nu werkt de leerling de binnenkant van de koplamp manueel verder uit met een draaibeitel. De koplamp zal voorzien worden van een lampje, met ervoor een plexiglas. Daarom wordt bij het uitwerken van de binnenkant een rand voorzien waar het plexiglas op zal kunnen bevestigd worden. Om het stuk af te werken wordt de buitenkant geschuurd en wordt er een laag fineer verlijmd. Om een goede hechting van het fineer te verzekeren wordt een oude fietsband rond het werkstuk op spanning gebracht. De fietsband wordt vast gemaakt met behulp van een aantal nagels. Eens de lijm gedroogd is, wordt de rand met behulp van een beitel mooi recht gezet. De koplampen komen al aardig in de buurt van de koplampen van het iconische busje. De leerlingen werken ook verder aan het interieur van het busje. Om de zitbank stevigheid te bieden worden latten voorzien uit wengé hout. De latten worden op maat gezaagd met de tafelzaagmachine. De steunlatten uit wengé hout rusten op houten steunplaten. De zijkanten van de steunplaatjes worden ook afgewerkt met sierlatten uit wengéhout. Met houtlijm worden de sierlatten bevestigd. Tot de lijm gedroogd is, zorgt wat tape dat de sierlatten niet verplaatsen. Eens de lijm is opgedroogd en de sierlatten niet meer kunnen verschuiven, wordt de bovenste lat gelijk gezaagd met de opstaande kant. Daar gebruikt de leerling de lintzaagmachine voor. Met de bandschuurmachine schuurt hij de randen wengéhout nog bij. Om de binnenwanden ook wat sierlijker te maken, hebben de leerlingen latten op maat gezaagd. De hoeken werden in verstek gemaakt. Nu worden de latten wengéhout met houtlijm aan de binnenzijde van het busje bevestigd. Daarna worden ze met lijmklemmen vast gezet. In een vorige aflevering zagen we al hoe de leerlingen de spatborden maakten. Nu het metalen onderstel voorzien is van steunblokken, kunnen de spatborden vastgemaakt worden. Tussen de spatborden wordt ook nog een opstaptrede uit hout voorzien. Om het hout op maat te zagen wordt de tafelzaagmachine gebruikt. Leerkracht Tony en leerling Runne tekenen af wat de hoogte wordt voor de bevestiging van de spatborden. Zo kunnen de spatborden en het middenstuk op maat gemaakt worden. Het middenstuk wordt ingekort met de tafelzaagmachine. Het spatbord vooraan wordt korter gemaakt met de lintzaag en de bandschuurmachine. Er werd een duidelijke lijn geplaatst tot waar geschuurd kan worden. De hoogte van het spatbord vooraan wordt afgetekend. Met een toffelzaag maakt Runne een uitsparing in de stevige balk uit wengé hout waar het spatbord in zal bevestigd worden. Met een beitel haalt hij het hout vervolgens weg. Het middenstuk wordt bevestigd met schroeven op de metalen steunen van het onderstel. Met de kolomboormachine maakt Runne onder begeleiding van leerkracht Tony een gat in de zijkant van het spatbord. De tape rond de boor toon Runne hoe diep het gat mag geboord worden. Ook in de gleuf die de leerling eerder maakte wordt een gat geboord. Hierin wordt een metalen staaf geplaatst en zo wordt het eerste spatbord aan het busje bevestigd. Om het spatbord aan het middenstuk te bevestigen wordt op dezelfde manier gewerkt. Eerst maakt de leerling het uiteinde van het spatbord vlak met de bandschuurmachine. Daarna worden er zorgvuldig gaten geboord in het middenstuk en worden de metalen staafjes erin geplaatst. De metalen staven zullen meer stevigheid bieden dan houten deuvels. De leerling tekent af waar de gaten moeten komen en met het hulpstuk boort hij ook gaten in het spatbord. Nu schuift de leerling nog het spatbord over de metalen staven en het eerste spatbord vormt een geheel met het middenstuk. Als laatste volgt het achterste spatbord. De bevestiging zal anders moeten gebeuren omdat er zich geen stevige balk aan de achterzijde bevindt van het busje. Daarom zullen de leerlingen met een steun uit wengé hout werken. Die steun maakt Runne op maat. Hij schuurt tot de randen een gebogen vorm aannemen. Er wordt opnieuw zorgvuldig bepaalt waar het hout zal voorgeboord worden om het straks op de wand van het busje te bevestigen met schroeven. Met een soevereinboor zorgt Runne er nog voor dat de schroefkoppen verzonken in het hout zullen zitten. Om de bevestiging te maken tussen het achterste spatbord en het middenstuk worden gaten voorgeboord in het middenstuk en in het spatbord. Daarna wordt de verbinding gemaakt tussen de onderdelen met drie schroeven. Als laatste stap wordt het achterste spatbord nu nog vast gemaakt op het steunhout. Opnieuw worden 3 gaten voorgeboord en worden de randen afgeschuind zodat de schroefkop verzonken ligt. Met 3 schroeven wordt het spatbord vastgemaakt. En als laatste op de planning bevestigen de leerlingen de koplampen nog in de neus van het busje. Eerst bepaalt Runne waar de koplamp moet komen. Met een boormachine voorzien van gatenzaag zaagt hij door de neus van het busje, en de koplamp past perfect! Het busje krijgt steeds meer vorm. In de volgende aflevering zien we hoe de zitbank wordt afgewerkt en hoe het dashboard meer vorm krijgt.