Speerpuntcluster agrovoedingsindustrie

Sterke focus op innovatie om competitiviteit verder te versterken

Na een grondige evaluatie door het Agentschap Innoveren & Ondernemen (VLAIO) maakte Vlaams minister van Economie en Innovatie Philippe Muyters bekend dat de agrovoedingsindustrie een eigen speerpuntcluster krijgt toegewezen. Flanders’ FOOD, het huidige innovatieplatform voor de Vlaamse voedingsindustrie, fungeert daarbij als centrale spil. FEVIA Vlaanderen, de federatie van de Vlaamse voedingsindustrie, is tevreden met deze erkenning. Hierdoor kan de grootste industriële sector van Vlaanderen immers ook koploper in innovatie blijven.

“De voedingsindustrie is niet alleen een belangrijke economische speler in Vlaanderen, ook op het vlak van innovatie heeft de sector de voorbije jaren grote stappen gezet. Met de ondersteuning van deze speerpuntcluster bundelen we de innovatieve kracht van onze bedrijven en kenniscentra om de competitiviteit van de voedingssector nog te versterken en onze plaats aan de wereldtop te verankeren”, stelt Vlaams minister van Economie en Innovatie Philippe Muyters.

De vernieuwde speerpuntcluster blijft KMO’s ondersteunen om samen te innoveren rond gemeenschappelijke thema’s, maar zet nu ook in op internationale samenwerking en (industrieel gericht) strategisch basisonderzoek. Voor Flanders’ FOOD staat samenwerking met alle actoren dan ook centraal om via innovatie de competitiviteit van de sector te stimuleren. Dat is nodig volgens Jan Vander Stichele (foto), voorzitter van FEVIA Vlaanderen en van Flanders' FOOD: “Het productievolume van de Vlaamse voedingsindustrie steeg de voorbije jaren sterker dan de omzet, wat betekent dat er druk is op de prijzen. We moeten dus streven naar producten met meer toegevoegde waarde. Net daarom is het zo belangrijk dat Vlaamse bedrijven blijven investeren in innovatie en toegang hebben tot de juiste kennis en expertise. Door de erkenning van de speerpuntcluster krijgen de bedrijven in de cluster rond Flanders’ FOOD hierbij een meer dan belangrijk duwtje in de rug”.